Ervaringsdeskundige

Na een hele hoop mooie omzwervingen vanochtend - vrijwel geheel te voet - vond ik een bijzonder quaint Italiaans eethuis in Nolita (North of Little Italy). Van buiten is het niet om aan te zien en binnen bladdert de verf van de muren, maar mij was verteld dat ze de beste pittige Penne All'Arrabiata voorzetten. En dat was ook zo.






Er was helemaal geen muziek bij Emilio Ballato, en dus werden er zachte conversaties gevoerd, hetgeen me voor zowel Amerikanen als Italianen vreemd voorkwam. Weer wat culturele generalisaties de prullenbak in. Er zaten vrijwel alleen maar mannen te lunchen; ik kreeg een tafeltje achterin de hoek en zo kon ik het hele restaurant in één oogopslag overzien. Fijn vind ik dat altijd. Ik had een kort en aangenaam gesprek met David, een zakenman die in de andere hoek zat en zijn tijd verdeelt tussen New York en Florida.

Zoals iedereen hier vroeg hij wat ik kwam doen, en toen ik hem had verteld dat ik aan Columbia University een aantal klussen heb te doen, drukte hij me op het hart natuurlijk te genieten maar ook voorzichtig te zijn. "Ik ben altijd voorzichtig op reis", zei ik. "Dat kan ik zien", zei hij, tot mijn verbazing. "Ik kan zien dat je voorzichtig bent en ik kan zien dat je veel gereisd hebt, maar ik zeg het toch maar. Begeef je altijd op plekken waar veel andere mensen zijn, en als je een probleem op je weg vindt, vraag dan altijd om hulp. New Yorkers stick to themselves, but if you ask for help, they will always help you. Always."

Ik bedankte hem voor zijn advies. Hulp vragen is immers niet mijn sterkste kant, en het herinnerde me er ook aan wat ik zo prettig vind aan New York: dat je op jezelf kan zijn in een enorme, rennende, bikkelende massa mensen, omdat iedereen dat is. Je bent alleen zonder eenzaam te zijn. Dat vind ik ideaal.


Die hervonden klik met deze bruisende stad was niet vanzelfsprekend. Ik ben sinds een maand weer aan de pil - voor medische redenen (écht waar - waar zou ik hem anders voor gebruiken? ;-). Ik slinger de details niet op het internet - stuur me maar een berichtje als je het wil weten, maar ik was even vergeten hoe ontzettend vervelend het is om aan de pil te zijn: de landerigheid, akeligheid in botten, spieren en buik, het gebrek aan energie en initiatief. Dat is niet wie ik ben. Ik voel me een vreemde in mijn eigen lamlendige lijf en kan er zodoende dus ook weinig empathie voor opbrengen wat de hele zaak natuurlijk niet hanteerbaarder maakt. Ik voelde en voel me gevangen in een klem van lusteloze lethargie die zowel lichamelijk als mentaal is en alles neerdrukt. 

Klein bier vergeleken met mensen die echt iets hebben, maar wel, tja, zeg maar: kut. 

Dus ik wist niet of ik überhaupt een beetje kon genieten van mijn bezoek hier, dat behalve een paar daagjes sight-seeing ook stevig presteren is: vrijdag moet ik opponeren bij een promotie aan Columbia University en daarnaast een lezing geven waar ik stevig voor word betaald. Dus dat moet wel een beetje iets voorstellen. En ik wil natuurlijk toch een visitekaartje afleveren daar - jullie kennen me langer dan vandaag. 

Ik ben goed voorbereid, zodanig dat ik het vertrouwen heb dat ik goed kan inschatten wat mijn bijdrages waard zijn. Dus paniek is er niet. Maar ik zou er graag ook gewoon lekker staan, aanwezig zijn als mijn eigen stevige open ik. En dat is een hele opgaaf met een nep-zwanger lijf dat zich eigenlijk alleen maar in een hoekje wil zitten volvreten en verder nergens zin in heeft. 

Dus vandaag had ik iets leuks voor mezelf bedacht. Ik hoefde maar twee dingen: mooie foto's maken en eten. Laat New York zich nu voor beide activiteiten bijzonder goed lenen, zeker met dit weer: zonnig, niet te koud, droog. 

De vorige keer dat ik hier was, regende het pijpenstelen - dat was ik ook vergeten. En met al die enorme wolkenkrabbers blijft er dan nauwelijks licht over op straat. Nu, hartje winter, was dat anders.

Ik was vroeg op dus kreeg nog wat  morgenlicht op mijn foto's, met de New-Yorks hekwerken die tot leven leken te komen in de twinkelende zon. Toen toog ik naar die wonderbaarlijke Oculus - een ruimteschip en walvisbuik ineen. Bovendien is het zowel een herdenkingsmonument als een metrostation - en in beide opzichten volledig functioneel. En het is ook nog echt vreselijk mooi. 




Toen liep ik over Brooklyn Bridge in de ochtendzon naar Brooklyn,





dronk aan de waterkant van de East River koffie met uitzicht op de skyline van Manhattan (geen foto's - het theehuis laadde mijn telefoon op), toen nam ik het pontje terug naar Wall Street
om de metro naar China Town te nemen, en toen liep ik door Little Italy naar mijn Italiaanse eethuis.









Ik genoot. Van de zon, van het azen op het schieten van mooie plaatjes, van mijn benen die het zo vreselijk goed doen. Wat is lopen toch lekker als je het kan. Ik voelde de buikpijn wel, maar die deerde me niet. De lethargische klem ging losser zitten. En dat maakte allerlei overwegingen in me los over hoe ervaringen werken en waarom ze zo belangrijk voor me zijn.

Dat het wel goed zit met mijn belevingswereld besefte ik toen ik op het idee kwam om even lekker tegen een van de waanzinnige stalen kabels van Brooklyn Bridge aan te leunen, zodat je de brug voelt trillen alsof het een levend wezen is.
Ik kan overweldigd zijn door hoe ik me voel, en mijn lijf - of het nu aan de pil is of niet - geeft mij altijd de direct zintuiglijke boodschap door dat het nooit meer anders wordt dan het nu is. Mijn brein weet wel dat dat niet klopt, maar dat doet niets af aan hoe het voelt.

Van positieve ervaringen kan ik dus vrij makkelijk extatisch worden; van negatieve (of lethargische - nog veel erger!) totaal ontredderd. In mijn volwassen leven kan ik dat nu wel een beetje reguleren, maar dat wordt dan toch al snel een mind-over-matterdwang. Het voelt veel beter als die schijnbaar-absolute ervaring wordt vervangen (of beter nog: veranderd) door een volgende. En dat gebeurde vandaag volop. Gelukkig. 



Reacties

Populaire posts van deze blog

Beeld en geluid

Nieuw gevoel